De functie van rente

De functie van rente

Waarom zou rente goed of slecht kunnen zijn en welke consequenties heeft dat dan?

Hieronder wat redeneringen, die laten zien dat er veel genuanceerder naar rente gekeken moet worden dan gebruikelijk is. Hierbij is belangrijk dat geld circuleert binnen een gemeenschap en dat rente zorgt voor waarde overdracht binnen die gemeenschap. Om  er goed naar te kunnen kijken moeten wel wat vooroordelen worden losgelaten. De punten die ik hieronder aangeef zijn slechts in aanzet verwoord. Voor een goed begrip moeten ze waarschijnlijk verder worden uitgewerkt.

 

Zoals gangbaar wordt omgegaan met rente, als prijs voor leengeld, is naar mijn mening onjuist geformuleerd. Er zit wel iets in van dienst-wederdienst, omdat wanneer je iemand een dienst bewijst, je toch min of meer de verwachting hebt dat de ander datzelfde voor jou zal doen. Dus wanneer je iemand een lening verstrekt, verwacht je dat die ander jou ook een lening verstrekt, wanneer jij dat nodig hebt. Je kunt rente dan zien als een soort afkopen van die wederdienst.

Wanneer je rente echter ziet als de prijs van leengeld, ben je economische kwaliteiten en wetmatigheden aan het toepassen in het rechtsleven. In mijn denken is dat een vorm van corruptie, een prijs betalen voor een recht. Oftewel rechten verkrijgen langs een economische manier van werken.

 

De hoogte van de rente heeft wel consequenties bij investeringsbeslissingen. Hoe hoger de rente, hoe minder geld je kunt lenen bij een bepaalde draagcapaciteit. Dat heeft bijvoorbeeld gevolgen voor de prijzen van huizen of grond, maar ook voor andere investeringsbeslissingen. Bij hoge rente worden de prijzen van huizen lager. Bij hoge rente kun je minder lenen voor investeringen. Dat wil zeggen dat je bij hoge rente voorzichtiger omgaat met investeringsbeslissingen dan bij lagere rente.

Omdat investeringen meestal leiden tot lagere fabricage kosten, is  rente in het algemeen geen probleem bij leningen voor investeringen.

Wanneer echter een investering mislukt, worden de afgesproken rente- en aflossingsverplichtingen onhaalbaar. Als die dan toch blijven bestaan en voldaan moeten worden verandert een normale lening in een onethische lening.

 

Geld lenen zonder te investeren is in principe een probleem, omdat geld geleend wordt, zonder dat duidelijk is waar rente en aflossingen vandaan moeten komen. Binnen zekere grenzen kan dat misschien nog net, maar tegelijk klopt het niet. Als iemand geld moet lenen omdat hij te weinig geld heeft voor het betalen van zijn levensbehoeften, is zo’n lening ronduit onethisch. Laat staan rente op een dergelijke lening. De lening zou eigenlijk een schenking moeten zijn in zo’n geval.

Rente als winstmaker voor banken klopt naar mijn mening helemaal niet. Wanneer een bank rente inkomsten als winst boekt, is dat net zoiets als wanneer de belastingdienst de belastingopbrengsten als winst gaat boeken. Banken zijn naar mijn mening dienstverlenende instellingen, waar inkomens van medewerkers wettelijk geregeld moeten zijn. Winsten door hoge rentes moeten eigenlijk schenkgeld als bestemming krijgen. Banken zijn verantwoordelijk voor mens en milieuvriendelijke investeringen, die haalbaar moeten zijn. Banken hebben een functie in de maatschappij die vergelijkbaar is met de Nederlandse bank of de Europese bank. Winsten  van banken zijn eigenlijk schenkgelden die beschikbaar komen. Aandeelhouders van banken zouden die winsten moeten bestemmen in plaats van ze in eigen zak steken.

 

Rente als instrument om de inflatie te bestrijden is eigenlijk grote onzin. Inflatie is een probleem van het koopgeld. De inflatie wordt als één percentage berekend, maar zij is altijd zeer verschillend per product of productgroep of per regio. Daar zijn meestal per product of groepen van producten of in zo’ regio duidelijke redenen voor te vinden, zoals bijvoorbeeld het wegvallen van een productieapparaat bij een oorlog. Maatschappelijk zijn er zelfs twee productgroepen te onderscheiden, die normaal een polaire ontwikkeling vertonen. Voedingsmiddelen worden steeds duurder (inflatie) en mechanische/chemische/elektronische producten worden steeds goedkoper (deflatie). Voorkomende inflatie en deflatie moeten onderzocht worden en er moeten dan voor die situatie passende maatregelen worden genomen. Het rente-instrument past hier niet en werkt tegenwoordig ook niet meer of nauwelijks nog.

 

Hoe meer risico hoe meer rente is een opvatting die in het gebied van het leengeld veel voorkomt. Naar mijn mening is dat grote onzin. Wanneer je meer rente wilt krijgen van projecten met een hoog risico, neem je eigenlijk jezelf in de maling. Immers door een hogere rente neemt het risico op zichzelf juist toe. De uitwassen van deze redenering zijn goed zichtbaar geworden in de huidige en in de recente kredietcrises. Hoge rentes verhogen het risico. Hoge rentes mogen alleen afhangen van hoge opbrengstpotenties, dus van heel vruchtbare investeringen.

 

Vaste rente voor hypothecaire leningen. Het zou een goede zaak zijn, wanneer bijvoorbeeld hypothecaire leningen een wettelijk vaste rente zouden dragen van bijvoorbeeld 4%. Door zo’ vaste rente stabiliseren de huizenprijzen en ontstaan goede beleggingen voor pensioenfondsen op dit moment. De problemen van de pensioenfondsen kunnen daar snel mee worden opgelost, evenals de problemen op de huizenmarkt. Beiden zijn vraagstukken voor de lange termijn.

 

Denken over rente vraagt een gedifferentieerde aanpak waarmee steeds weer het renteniveau, de doelstellingen van organisaties/investeringen, maatschappelijke doelstellingen en het opbrengst-vermogen van organisaties met elkaar in verhouding gebracht moeten worden. Door rente als winstgerechtigde inkomsten van banken te zien en door de redenering dat rente de prijs is voor leengeld, kan geen toegang worden gevonden tot de werkelijke werking van rente in het maatschappelijk bestel.

 

De redenering dat in de prijzen van producten rente op rente zit verwerkt is op zich wel juist, maar wordt qua impact vaak zwaar overdreven. Zoals eerder al aangegeven worden producten meestal goedkoper wanneer in machines e.d. wordt geïnvesteerd. De rente zal bij dergelijke investeringen meestal juist geen probleem zijn.

Wanneer gesteld wordt dat door de samengestelde interest de schuldverhoudingen steeds hoger worden en uiteindelijk zullen  escaleren, dan wordt hierbij geen rekening gehouden met aflossingen en met ontwaarding van schulden bij faillissementen e.d.

 

Rente op staatsschulden is een apart verhaal. Staatschulden worden niet altijd gemaakt voor investeringen. Bovendien is in de staatboekhouding geen behoorlijke balans aanwezig, zodat het zelfs niet is vast te stellen in hoeverre geïnvesteerd wordt. Daar komt dan nog bij dat veelal afgelost wordt door nieuwe leningen aan te gaan. Hier komen de slechte zaken van leengeld en renteverplichtingen zonder duidelijkheid over de opbrengsten bij elkaar. Wanneer dat geld van particulieren wordt geleend, gebruiken zij de overheid om een soort belasting te kunnen innen op hun vermogen, zonder dat ze moeite hoeven te doen om mensen met capaciteiten en plannen te vinden die op een passende wijze leengeld nodig hebben voor investeringen. Bij pensioenfondsen zou dat nog te billijken kunnen zijn, maar bij particulieren eigenlijk niet. In deze verhouding komt ook het scheppen van geld door de staatsbanken aan de orde. In hoeverre is zoiets verantwoord. Hier is eigenlijk pas een redelijk antwoord op te vinden wanneer ook de overheid een behoorlijke balans zou opstellen, waarin de investeringen in infra structuur e.d. behoorlijk zouden worden afgeschreven. Waarbij duidelijk kan worden in hoeverre investeringen ook echt investeringen zijn.

September 2012
Jan JC Saal