Argumenten voor een basisinkomen
Basisinkomen is in. Er is sinds jaren niet zoveel over gesproken als op dit moment. Er worden ook verschillende proefprojecten opgezet, om te onderzoeken in hoeverre een basisinkomen nu positieve of negatieve gevolgen heeft. Dat is mooi, maar ik denk dat het ook noodzakelijk is om economisch te onderbouwen wat de positieve en eventueel negatieve gevolgen van een basisinkomen zullen zijn. Hetv is niet voldoende om ethische argumenten aan te halen voor de verdediging van het basisinkomen. Ook de economische consequenties moeten in orde zijn.
Het is interessant om waar te nemen dat de financiering van een basisinkomen mogelijk en haalbaar kan worden door het belastingstelsel om te vormen van inkomstenbelasting naar uitgavenbelasting. Deze haalbaarheid kan goed worden beargumenteerd, maar wordt tegelijk betwijfelt, omdat bij de uitleg ervan niet verder wordt stilgestaan bij het fenomeen waarde-vorming op zelf. Daardoor wordt er aan getwijfeld of het hele proces van productie en waarde-vorming niet in een negatieve spiraal zal komen of zelfs zal stagneren wanneer mensen in staat gesteld worden om geld te ontvangen zonder dat ze daarvoor hebben gewerkt.
De fenomenen die hier een rol spelen zijn ook niet in drie woorden uit te leggen, omdat in de huidige tijd met economische begrippen en denkbeelden gewerkt wordt die niet aansluiten bij een waarheidsgetrouw beeld van waarde-vormende processen. Het belangrijkste probleem daarbij is naar mijn mening de verwarring tussen waarde en geld.
Omdat waarde-transacties met behulp van geld worden uitgevoerd, kan het er bij onnauwkeurige waarneming op lijken dat geld en waarde aan elkaar gelijk zijn. Deze waarneming wordt nog versterkt door een materialistische grondhouding omdat waarde nu eenmaal niet stoffelijk van aard is. Toch bestaat er waardevol geld en waardeloos geld. Geld kan dus waardevol worden, maar is het niet bij voorbaat. Het wordt waardevol op het moment dat het als tegenwaarde in een transactie gebruikt kan worden. Zolang dat niet het geval is heeft het wel de potentie om waardevol te kunnen worden, maar het is allerminst zeker dat dit ook werkelijkheid het geval zal zijn.
Wanneer ik geld als tegenwaarde probeer uit te geven buiten het gebied waar het als wettig betaalmiddel is geaccepteerd, blijkt dat het waardeloos is. Wanneer gebruikt en beschadigd geld door een bank wordt ingenomen, wordt het zelfs ter vernietiging aangeboden aan de centrale bank. Dus ook daar is het waardeloos. Maar ook wanneer bijvoorbeeld bij een ramp of in een oorlogssituatie het productieproces in een bepaald gebied is stilgevallen, kan ik geen geld als tegenwaarde gebruiken, omdat er geen waardevolle prestaties te verkrijgen zijn. Ook dan wordt het geld waardeloos. Zo zijn er nog talloze situaties te bedenken waarin het geld geen waarde heeft of geen waarde meer heeft. Geld heeft uiteindelijk alleen waarde, wanneer het in transacties kan worden gebruikt.
Wanneer we het over dit gezichtspunt eens kunnen worden, kunnen we een volgende stap nemen. Welke soorten transacties kunnen we bij waarde-overdracht van elkaar onderscheiden?
Dit zijn er eigenlijk maar drie:
- Waarde met directe tegenwaarde —koopgeld
- Waarde met tegenwaarde na verloop van tijd —leengeld
- Waarde zonder tegenwaarde –schenkgeld
Voor een genuanceerde beschrijving van het basisinkomen zijn deze drie geldsoorten belangrijk, maar ook de zes kwaliteiten die we in de samenleving kunnen ontdekken. Hieronder volgt eerst een karakterisering volgens deze zes kwaliteiten. Daarna komen koopgeld, leengeld en schenkgeld aan bod.
In dit stukje ga ik heel beknopt op de zaken in. Verdere verdieping kan worden gevonden door verder op de gebruikte redeneringen in te gaan.
Karakterisering van een basisinkomen langs zes dimensies
Een basisinkomen is een inkomen dat per persoon wordt verstrekt, zonder voorwaarden. Het basisinkomen is daarmee naar eigen inzicht te besteden. Bovendien kan naast het basisinkomen een ander inkomen worden verworven.
De hieronder gehanteerde zes dimensie zij n als onderzoek instrument ontwikkeld binnen de Economy Transformers. De zes kwaliteiten in vijf levensgebieden worden door mij gebruikt bij lezingen en cursussen. In de tekening op de volgende blz worden ze in onderling verband neergezet.
Geestesleven—ik ben
Het is voor de persoonlijke ontwikkeling van mensen belangrijk dat zij zich naar hun aard kunnen ontwikkelen. Met een basisinkomen bestaat er minder financiële druk om werk te gaan doen dat eigenlijk niet bij de persoonlijke ontwikkeling past. Daarmee ondersteunt een basisinkomen de persoonlijke ontwikkeling van mensen.
Culturele leven-communicatie
Er zijn verschillende ideeën die het basisinkomen ondersteunen of juist niet. Het is de vraag in hoeverre deze ideeën juist zijn of niet. Vaak blijven mensen met tegengestelde meningen tegenover elkaar staan. In de werkelijkheid zullen al die meningen wel ergens waarheid worden, omdat veel afhangt van de mensen die het basisinkomen ontvangen. Naar mijn mening kun je denkenderwijze deze meningsverschillen overstijgen. Dan kan een basisinkomen een instrument worden om de situatie van arme mensen te verbeteren. Het inzetten van dit instrument is aan de tijd, omdat het steeds duidelijker wordt dat de maatschappij zo zodanig ontwikkelt dat betaalt werk niet voor iedereen beschikbaar kan zijn. Tegelijkertijd is de arbeidsdeling zover voortgeschreden dan een mens zonder geld eenvoudig niet meer in deze maatschappij kan bestaan. De vraag is niet meer of dit basisinkomen moet worden ingevoerd, maar wanneer en hoe?
- Een basisinkomen maakt mensen lui
- Iedereen blijft hard werken, ook met een basisinkomen
- Als mensen een basisinkomen krijgen valt de economie stil
- De economie gaat juist beter wanneer mensen een basisinkomen krijgen
- Het verstrekken van een basisinkomen werkt inflatie in de hand
- Een basisinkomen wordt voor basale dingen ingezet en heeft dus geen invloed op de inflatie
- Een basisinkomen is niet financierbaar
- Een basisinkomen is goed te financieren
- Een basisinkomen kan alle inkomens-subsidies vervangen
- Veel inkomens-ondersteuning blijft gewoon bestaan
Rechtsleven-bestuur-eigendom
Een basis-inkomen kan het belastingstelsel en de inkomens-ondersteuning veel eenvoudiger maken. Minder regels geeft ook minder beheerskosten.
Mensen in lage inkomensklassen krijgen meer te besteden, daardoor treden tal van positieve effecten op. Minder armoede, minder ziekte, minder vluchtgedrag in alcohol e.d. minder zwervers enz.
Rechtsleven-gemeenschap-verbinden
Omdat er minder noodzaak ontstaat om voor het geld te werken, zullen mensen meer tijd besteden aan andere zaken, die ze ook belangrijk vinden. Daardoor zal er meer energie gestoken worden in gemeenschapsvorming, verenigingen, verzorging e.d. Tegelijkertijd is het belangrijk dat een basisinkomen per gemeenschap wordt ingevoerd, omdat alleen binnen een gemeenschap de waardevormende processen en de waarde consumerende processen zo op elkaar kunnen worden afgestemd, dat er een evenwicht-situatie kan worden bereikt.
Economisch leven – waardevorming
Om de werking van een basisinkomen goed te kunnen begrijpen, moet niet het geld, maar het proces van waardevorming als uitgangspunt worden genomen. Bij dat proces speelt de producent een rol bij het vormgeven van de waardevormende beweging en de consument een rol bij de waardevormende spanning en bij de waardeconsumptie. Door het verstrekken van een basisinkomen zullen de lagere inkomensgroepen meer kunnen bijdragen aan de waardevormende spanning, waardoor het economisch proces binnen de gemeenschap versterkt zal worden. Daarnaast zal er meer ruimte ontstaan voor ZZP’ers of kleine zelfstandigen, waardoor meer productie en dienstverlening op maat tot stand kan komen. Ook dat geeft een versterking van de economie en een grotere participatiegraad in de economie. Tenslotte zal het faillissements-risico afnemen en de flexibiliteit van de arbeid toenemen.
Laagbetaalde functies kunnen gemakkelijker worden vervuld omdat het basis-inkomen de basis geeft.
Natuurlijk leven-aarde
In dit levensgebied hoort eigenlijk de zorg voor de medemens thuis. Het zal voor velen een nieuwe gedachte beteken, dat zorgtaken niet in de economie thuishoren. Daarvoor moeten eerst de kwaliteiten van de economie en van het dagelijks bestaan goed van elkaar worden onderscheiden. Naar mijn inzichten komen de huidige vraagstukken ronde de betaalbaarheid van de zorg vooral voort uit het verkeerde gezichtspunt dat het uitvoeren van zorgtaken economische activiteit zou zijn. We zien dan ook dat deze conclusie, dat dit niet zo is, steeds meer wordt getrokken. Door het basisinkomen wordt de mensen die zorgtaken uitvoeren een minimum levensstandaard geboden. Hierdoor zal men gemakkelijker voor mantelzorgtaken kunnen kiezen.
Door een basisinkomen wordt de druk op minimum-prijzen van basisproducten minder, waardoor het gemakkelijker wordt om milieuvriendelijk te produceren.
Onderstaand een schematisch overzicht van de verschillende levensgebieden en kwaliteiten die in bovenstaande beschrijving zijn gebruikt.
Liquiditeit – koopgeld – leengeld – schenkgeld
Deze verbanden wordt hier heel kort aangegeven. Voor meer informatie www.jansaal.nl. In steekwoorden wordt de verticale waarde-circulatie beschreven, die ik op mijn website verder uitwerk. Een verbetering van deze verticale waarde-circulatie zal uiteindelijk de waarden opbrengen die voor een basisinkomen nodig is. Daarom is een geleidelijke invoering belangrijk, zodat de waardevormende processen zich kunnen aanpassen. Tegelijk is het interessant om waar te nemen dat er al veel mensen met een basisinkomen leven, zonder dat dit zo wordt genoemd. Mensen met AOW pensioen of een uitkering waarbij ze geen verplichtingen meer hebben, hebben in wezen toch een soort basisinkomen. Hun wel en wee zou nader onderzocht kunnen worden.
Door het basisinkomen krijgen mensen extra liquiditeit in handen (natuurlijk leven).
Juist omdat het een basisinkomen betreft zal dit geld in het algemeen besteed worden aan basisbehoeften. Daardoor zijn mensen aan de ene kant beter in staat om hun basisbehoeften te bevredigen, terwijl ze aan de andere kant het economisch leven zullen versterken, omdat ze het geld als koopgeld uitgeven.
Op zich heeft dat al een zekere invloed op de economie, omdat deze zich dus iets meer op basisbehoeften zal gaan richten dan op luxere producten, omdat de groep basis-behoeftigen vrij omvangrijk is.
Door de versterking van de economie wordt meer waarde geschapen. Ondernemers die daarin werkzaam zijn zullen meer winst kunnen maken en in het algemeen zal de vermogenspositie van alle mensen versterkt worden. Die versterking van de vermogenspositie betekent een vergroting van het leengeld.
Door een evenwichtige inzet van belastingen kunnen de versterkte economie en de versterkte vermogenspositie de waarde produceren die als schenkgeld voor het basisinkomen nodig is.
Het basisinkomen geeft daarmee een versterking van de verticale waarde-circulatie, waardoor de welvaart van de hele gemeenschap zal toenemen.
Verticale waarde-circulatie
Het natuurlijk leven brengt grondstoffen en behoeften voort, die de basis vormen voor de waarde-schepping en het waarde verbruik in het economisch leven.
Meerwaarde die in het economisch leven (tijdelijk) niet nodig is, geeft inhoud aan vermogen, dat in het rechtsleven, als leengeld, zichtbaar wordt.
Vermogens-overschotten en bedrijfswinsten, die niet functioneel meer kunnen zijn in het rechtsleven, en vooral BTW maken als schenkgeld het culturele leven en het geestesleven mogelijk.
Schenkgeld wordt via het basisinkomen op de juiste manier weer in het economisch leven ingevoerd, zodat het mogelijk maken van het culturele leven en het geestesleven tegelijkertijd het economisch leven versterkt.
Schenkgeld verbetert op deze manier ook de kwaliteit van het economisch leven.
Geleidelijk invoeren
Het basisinkomen hoeft niet in een keer volledig ingevoerd te worden. Eerst kiezen voor het principe en beginnen met een relatief laag bedrag. Vervolgens kan het basisbedrag geleidelijk worden opgevoerd tot het gewenste niveau.
Jan JC Saal
mei 2015