Biografiekunde

De levensloop van een mens kent verschillende fasen. We kennen die fasen ook wel, zoals de kindertijd, de volwassenheid en de ouderdom. Wanneer we echter wat meer willen weten over de kwaliteiten die in elke levensfase aan de orde zijn, moeten we de zaken nauwkeuriger onderzoeken. Dan komen we terecht in de “biografiekunde”. Deze wetenschap gaat maar in beperkte mate over kennis. Het vraagt een persoonlijke ontwikkeling om toegang te krijgen tot tal van aspecten die er mee te maken hebben. In onderstaande stukken kunt u toegang krijgen tot dit interessante werkgebied.

In grote lijnen gaat het er bij de biografiekunde om, dat de mens in verschillende levensfasen een andere verhouding heeft tussen zijn geestelijke wezenskern en zijn aardse lichaam. Zo zie je bij een gezond kind, dat het lichaam doorstroomt wordt met levenskrachten. Bij een oud mens zien we juist een ouder wordend lichaam, waar de levenskrachten zich terugtrekken. Een kind krijgt alles vanuit zijn omgeving aangereikt, terwijl een ouder iemand probeert om zijn omgeving te verzorgen. Dit zijn grote veranderingen die zich in een biografie geleidelijk voltrekken.

Naast het fysieke lichaam heeft een mens ook nog een zogenaamd etherlichaam of levenslichaam en een astraallichaam of waarnemingslichaam, die niet fysiek zichtbaar zijn. Wanneer we beter de kwaliteiten van de niet zichtbare lichamen gaan doorzien, kunnen we begrijpen hoe de veranderende verhoudingen van deze verschillende lichamen met elkaar doorwerken in wat mogelijk is en wat moeilijk of onmogelijk op een bepaald moment in een mensenleven. Dan worden dingen begrijpelijk, die we vaak wel merken, maar waar we eigenlijk toch niet aan willen, zoals bijvoorbeeld het feit dat een kind tot 7 jaar beter kan spelen dan schools leren. Na 21 jaar wordt schools leren ook weer moeilijker. Het klopt dus als er leerplicht bestaat tot 16 jaar. Het klopt eigenlijk niet, wanneer we kinderen op de kleuterschool alvast willen laten leren om ze een voorsprong te geven op de lagere school.

En zo zijn er tal van voorbeelden te vinden waar kennis van biografische wetmatigheden ons oordeel over wat aan de orde is kan verbeteren. Dat is ook belangrijk bij het vormgeven van gemeenschappen. Daarover meer bij het onderdeel “Gemeenschapsvorming”.